Nieuws

Nieuws

Een beekkever vernoemd naar André Kuipers. Waarin een groot land klein kan zijn!

Waarom vereren we onze levende helden niet veel grootser? Geen beekkever ‘Grouvellinus Andrekuipersi’, maar de ‘André Kuipers-Wolkenkrabber’?

Naamgeving is in Nederland best een dingetje. Oude zeehelden worden onder de loep gelegd en blijken ook heel wat leed te hebben veroorzaakt. Coentunnel en Willem de Ruijjterlaan blijken te zijn gekoppeld aan personen die vele honderden aardbewoners wreed over de kling te hebben gejaagd. Of deze naamgeving moet worden veranderd? Falder mengt zich niet in deze discussie. Maar zou het niet veel makkelijker zijn, als we voor vernoemingen van onze straten, pleinen en viaducten levende helden gaan vereren?

Tiësto-tunnel

Grootser dan nu, waarbij hooguit een plantsoentje of vergeten steegje je naam kan dragen. Denk aan de Joep Zoetemelk-allee, Tiësto-tunnel, het Rutger Houwerplein. Voordeel is dat we deze personen wat makkelijker langs de morele meetlat kunnen leggen. Bovendien is het ook leuker voor de held in kwestie, dat die hiervoor niet persé eerst zijn laatste adem moet hebben uitgeblazen.

Johan Cruijff ArenA

Dan hadden we al veel eerder de Johan Cruijff ArenA gehad. En hadden we nu veel meer een ongemakkelijk gevoel gehad, bij wat ruimtevaarder André Kuipers is overkomen. Zijn naam zou moeten worden verbonden iets groots, iets wat richting de hemel wijst. Een nieuwe wolkenkrabber in Amsterdam of Rotjeknor. Tenminste. Maar niet aan een Borneose Beekkever.

Deel dit artikel via:
MANNENPRAAT