Ik weet nog als de dag van gisteren dat JFK werd vermoord. We waren als enige huishouden met een tv in de straat. Eendimensionale waarheid in zwartwit. Daar kon nog niet veel aan gesleuteld zijn. Hoewel ik in november 1963 een ventje van ruim 5 jaar was, is die aanslag diep in mijn geheugen gekerfd. Ik zie nog mijn vader in huilen uitbarsten. Na zijn uitleg jankte ik grote tranen met hem mee. Kennedy vertegenwoordigde per slot van rekening hoop, de nieuwe Messias, een nieuw geluid in de Amerikaanse politiek. Hij was met zijn vrouw Jackie een toonbeeld van de Amerikaanse droom. Perceptie is alles. Dat de werkelijkheid toen ook heel anders in elkaar stak, wisten we toen nog niet, maar oprecht bedroefd waren we.
Bij de aanslag op Trump overheerst de ratio. Je zou bijna aan een complot denken, een geënsceneerde selfie voor de social media. Zo gemankeerd zijn we inmiddels al. Alles voor de kijkcijfers en stemmen. Alles voor de gunst van het publiek. Trumps vuist in de lucht, bloed op zijn wangen en op de achtergrond de wapperende Stars en Stripes, geen enkele marketeer of reclameman had dit beter kunnen doen. Trump is niet gewond, integendeel, hij is springlevend op weg naar het Witte Huis.
Foto: Getty