Geen categorie

Geen categorie

Iceman? hoe word ik dat?

Falder-columnist Joep Stassen wil iceman worden. Sinds januari zwemt hij wekelijks in zee. Voor het eerst loopt het slecht af.

6 mei

De zee hier is anders: helder als glas en blauwer dan blauw. Dit is de Middellandse zee, ik ben op vakantie. Het water is warmer dan thuis, toch ben ik de enige die er in gaat. De baai waar ik vandaag ben wordt in de gids omschreven als romantisch en relatief rustig. ‘De krappe en steile bergweg en het feit dat het vanaf de parkeerplaats nog eens twintig minuten lopen is, houden de toeristen weg.’

Iceman

Betere reclame bestaat niet. Het kiezelstrand is afgeladen met stelletjes die net als wij gehoopt hadden op een baai voor zichzelf. Jammer denk ik, maar aan de andere kant: een onverwacht groot publiek om mijn show op te voeren!  In zwembroek loop ik naar de waterkant. Ik voel alle ogen op mij gericht.  Gedecideerd loop ik de zee in. Een groot winstpunt van de Iceman-exercitie is dat ik niet meer als een wijf op mijn tenen en met ingehouden buik de golven opvang.  Ik ken geen twijfel, geen emotie, geen huivering.

Wijf

Nu ook niet. Anders dan het zachte strand thuis liggen hier kiezels. Dat vraagt om een andere benadering. Te laat. Ik stoot mijn grote teen pijnlijk tegen een steen. Tranen springen in mijn ogen. Ik geef geen kick en zet mijn andere voet op een grote kiezel maar glijd weg en kom klem te zitten tussen twee stenen. Vlug verplaats ik mijn gewicht weer en probeer met zwaaiende armen mijn evenwicht te hervinden. Maar het ligt hier vol met stenen. Verdomme, zo loop ik alsnog als een wijf de zee in!

Gillen

Om een einde te maken aan deze klunzige vertoning laat ik me vallen. Met twee krachtige slagen probeer ik zo snel mogelijk weg te komen uit dit ondiepe water.  Ik drijf, eindelijk. Het water is fris en voelt heerlijk. Maar dan, uit het niets, een elektroshock in mijn schouder. Ik gil het uit.  Ik klauter overeind, het water komt niet hoger dan mijn middel, en nu heb ik een totaaloverzicht van mijn benarde positie: ik word omringd door tientallen kleine rode kwallen. Hun lange slierten zijn goed zichtbaar in het heldere water.

Brand

In paniek hop ik als een haas uit zee het strand op. Auw, auw, mijn schouder staat in brand en mijn voeten knakken tussen de kiezels. Iedereen kijkt. Verontrust of meewarig. Maar vooral tevreden met hun beslissing om niet te gaan zwemmen.

Deel dit artikel via:
MANNENPRAAT